Na een echtscheiding of het verbreken van een relatie zal tenminste één van de twee ouders verhuizen. Ook na enkele jaren kan er een reden zijn om met de kinderen te verhuizen. Zolang de ouder wil verhuizen binnen de woonplaats van de andere ouder zal er niet snel een probleem zijn. Maar wat als de ouder met de kinderen wil verhuizen naar een andere provincie of zelfs naar het buitenland? U dient dan rekening te houden met de volgende factoren.
Gezamenlijk gezag
De ouders oefenen gedurende het huwelijk gezamenlijk het gezag uit over hun minderjarige kinderen. Dit betekent dat zij belangrijke beslissingen gezamenlijk moeten nemen. Ook na de scheiding houden de ouders gezamenlijk het gezag. Zij dienen dus regelmatig met elkaar te overleggen over belangrijke zaken ten aanzien van de kinderen.
Vaak komt het voor dat de ouders na de scheiding hun leven op een andere manier willen inrichten. Hierbij kan ook de wens ontstaan om met de kinderen te verhuizen naar een andere plek. Doordat er sprake is van gezamenlijk gezag moet er aan de andere ouder toestemming worden gevraagd om te mogen verhuizen met de kinderen. Zonder deze toestemming mag er geen verhuizing plaatsvinden. Er is immers sprake van gezamenlijk gezag. Geeft de andere ouder geen toestemming, dan kan er bij de rechtbank een procedure worden gestart. In deze procedure wordt aan de rechtbank gevraagd om vervangende toestemming te verlenen voor de verhuizing van de kinderen.
Vervangende toestemming
Om vervangende toestemming te krijgen van de rechtbank moet er een verzoekschrift door een advocaat worden ingediend bij de rechtbank. In de wet staat dat de rechtbank een zodanige beslissing neemt, die haar in het belang van het kind wenselijk voorkomt. Deze bepaling is in de jurisprudentie inmiddels nader ingevuld. De criteria die een rol spelen bij de beoordeling van een verzoek tot vervangende toestemming zijn hierin uitgewerkt.
Om vervangende toestemming voor een verhuizing te krijgen van de rechtbank gelden o.a. de volgende criteria:
Als uitgangspunt geldt dat een ouder bij wie het zijn hoofdverblijfplaats heeft in beginsel de gelegenheid dient te krijgen om met het kind en een eventuele nieuwe partner elders een gezinsleven en een toekomst op te bouwen, indien de omstandigheden van het geval, na een belangenafweging zoals hiervoor genoemd, een dergelijke beslissing ook rechtvaardigen.
De uitspraken over verhuizingen zijn heel wisselend. In iedere zaak spelen immers andere feiten en omstandigheden een rol. Het zijn juist de feiten en omstandigheden die van doorslaggevend belang zijn voor het al dan niet verlenen van toestemming voor verhuizing. Het is dus heel belangrijk dat deze op een juiste wijze in het verzoekschrift worden opgenomen, zodat de rechtbank een goede indruk krijgt van de situatie.
Er kan niet in algemene termen worden aangegeven wanneer een rechter wel of geen vervangende toestemming zal verlenen. De rechtbank maakt immers een belangenafweging en houdt daarbij rekening met de belangen van de beide ouders en het kind.
Zonder toestemming verhuizen
Het is niet verstandig om zonder toestemming van de andere ouder of zonder vervangende toestemming van de rechtbank te verhuizen. Dit kan namelijk grote consequenties hebben. Een verhuizing naar het buitenland zonder toestemming kan worden aangemerkt als kinderontvoering. Bij een verhuizing binnen Nederland is er geen sprake van ontvoering, maar zijn er nog steeds risico’s. De rechtbank kan bijvoorbeeld beslissen dat de verhuizing ongedaan moet worden gemaakt. De ouder wordt dan verplicht om terug te verhuizen. Ook kan de rechtbank het in het belang van het kind achten om de hoofdverblijfplaats van het kind te wijzigen naar de andere ouder, zodat het kind in zijn vertrouwde omgeving kan blijven.
Eenhoofdig gezag en verhuizen
Een ouder die alleen het gezag heeft, hoeft op basis van de wet de andere ouder geen toestemming te vragen. Dit betekent niet dat de andere ouder zonder gezag geen mogelijkheden heeft. De ouder zonder gezag kan namelijk een kort geding starten om de verhuizing te voorkomen. Deze ouder vraagt dan een zogeheten verhuisverbod.
Iedere ouder heeft namelijk de verplichting om de band tussen de kinderen en de andere ouder te bevorderen. Ook heeft iedere ouder recht op omgang met zijn/haar kind. Deze rechten en plichten kunnen door een verhuizing in de knel komen. Dit wordt door een rechtbank over het algemeen niet in het belang van het kind geacht, reden waarom de rechtbank kan besluiten een verbod tot verhuizing op te leggen.
Conclusie
Bij een voorgenomen verhuizing is het aan te raden om eerst met de andere ouder in overleg te gaan en de situatie en de mogelijkheden samen goed te bespreken. Heeft het overleg geen resultaat is het van belang de procedure tot vervangende toestemming tijdig te starten. Een procedure bij de rechtbank neemt immers ook de nodige tijd in beslag.
Heeft u naar aanleiding van het vorenstaande nog vragen, dan kunt u vanzelfsprekend contact met ons opnemen. Wij zijn u graag van dienst.